Verb | Related Translations | Other Translations |
vara på dåligt humör
|
|
kniezen; mokken
|
Modifier | Related Translations | Other Translations |
flyktig
|
grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
|
|
flyktigt
|
grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
|
haastig; in het voorbijgaan; informeel; kortstondig; losjes; momentele; terloops; vluchtig; voorlopig; vrijblijvend
|
oberäknelig
|
grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
|
|
oberäkneligt
|
grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
|
|
obeständigt
|
grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
|
|
ombytligt
|
grillig; nukkig; onberekenbaar; onvoorspelbaar; wispelturig
|
variabel; variabele; variërend; wisselend; wisselvallig
|
vara på dåligt humör
|
chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd
|
|
vresigt
|
chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; nukkig; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd
|
bokkig; brommmerig; chagrijnig; gemelijk; humeurig; knorrig; korzelig; narrig; nors; nurks; sikkeneurig; slecht gehumeurd; stuurs; wrevelig
|