Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. friet:


Dutch

Detailed Synonyms for friet in Dutch

friet:

friet [de ~] noun

  1. de friet
    de frites; de patat; de friet
  2. de friet
    – reepjes aardappel in olie of vet gebakken 1
    de friet
    – reepjes aardappel in olie of vet gebakken 1
    • friet [de ~] noun
      • wil je ook een zak friet?1

Related Words for "friet":

  • frieten, frietje, frietjes

Alternate Synonyms for "friet":


Related Definitions for "friet":

  1. reepjes aardappel in olie of vet gebakken1
    • wil je ook een zak friet?1