Noun | Related Translations | Other Translations |
Bruder
|
gast; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent
|
broeder; broer; broer of zus; diaken; hulp; verpleger; ziekenbroeder; ziekenoppasser; zus
|
Bursche
|
gast; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent
|
baasje; jonge knaap; jongeling; jongeman; klein kereltje
|
Geselle
|
gast; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent
|
aanhanger; assistent; butler; discipel; gezel; gezellin; helper; herenknecht; hulp; kamerbediende; kamerdienaar; maat; navolger; partner; secondant; volgeling; volger
|
Kerl
|
gast; goser; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent
|
butler; fatje; heertje; herenknecht; kamerbediende; kamerdienaar; kerel; knullen; man; manspersoon; vent
|
Kerlchen
|
gast; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent
|
baasje; dreumes; hummel; joch; jochie; klein jongetje; klein kereltje; klein kind; kleintje; peuter; uk; ventje; worm; wurm
|
Mann
|
gast; goser; gozer; kerel; knakker; knul; man; vent
|
butler; echtgenoot; echtgenote; eega; gade; herenknecht; kamerbediende; kamerdienaar; kerel; levensgezel; levenspartner; man; manspersoon; partner; vent; vrouw
|
Typ
|
goser; gozer; kerel; knakker; knul; vent
|
figuur; genre; individu; slag; soort; type
|