Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. wegvluchten:
  2. Wiktionary:
    • wegvluchten → s'enfuir
  3. User Contributed Translations for wegvluchten:
    • enfuir


Dutch

Detailed Translations for wegvluchten from Dutch to French

wegvluchten:

wegvluchten verb

  1. wegvluchten (vlieden; vluchten)
    fuir; couler; s'enfuir; s'écouler
    • fuir verb (fuis, fuit, fuyons, fuyez, )
    • couler verb (coule, coules, coulons, coulez, )
    • s'enfuir verb
    • s'écouler verb
  2. wegvluchten (vluchten; ontvluchten; ontsnappen; uitwijken; ontkomen)
    fuir; s'enfuir
    • fuir verb (fuis, fuit, fuyons, fuyez, )
    • s'enfuir verb

Translation Matrix for wegvluchten:

NounRelated TranslationsOther Translations
couler afvloeien; wegstromen; wegvloeien
VerbRelated TranslationsOther Translations
couler vlieden; vluchten; wegvluchten afdruipen; afglijden; aftakelen; afvloeien; afvoeren; afzakken; doen wegvloeien; droppen; druipen; druppelen; druppels laten vallen; druppen; galvaniseren; gulpen; gutsen; in stralen lopen; in stromen neerstorten; inzinken; kelderen; lopen; onder water gaan; ondergaan; sijpelen; stromen; uitdruppelen; vervallen; verzinken; vloeien; wegglijden; weglekken; wegstromen; wegvloeien; wegzinken; zakken; zinken
fuir ontkomen; ontsnappen; ontvluchten; uitwijken; vlieden; vluchten; wegvluchten deserteren; het leger ontvluchten; losbreken; ontduiken; ontglippen; ontkomen; ontlopen; ontsnappen aan; ontvluchten; ontwijken; uitwijken voor iets; van huis weglopen; vermijden; vluchten; wegdraven; weghaasten; weghollen; wegijlen; wegkomen; wegkrijgen; weglopen; wegrennen; wegsnellen; wegspoeden; wegstuiven; zich met geweld losbreken; zich vrijmaken
s'enfuir ontkomen; ontsnappen; ontvluchten; uitwijken; vlieden; vluchten; wegvluchten de plaat poetsen; deserteren; ervandoor gaan; heenkomen; hem smeren; het leger ontvluchten; losbreken; ontglippen; ontkomen; ontsnappen aan; ontvlieden; ontvluchten; uitwijken voor iets; van huis weglopen; vluchten; weghaasten; weghollen; wegijlen; wegkomen; weglopen; wegrennen; wegsnellen; wegspoeden; zich met geweld losbreken; zich uit de voeten maken; zich vrijmaken
s'écouler vlieden; vluchten; wegvluchten aflopen; afvloeien; gulpen; gutsen; in stralen lopen; in stromen neerstorten; lopen; stromen; vergaan; verlopen; verstrijken; vervallen; vloeien; voorbijgaan; wegstromen; wegvloeien
OtherRelated TranslationsOther Translations
s'écouler uitkomen; uitstromen

Wiktionary Translations for wegvluchten:


Cross Translation:
FromToVia
wegvluchten → s'enfuir flee — to run away; to escape